Peter Kroezenga: “Het magische nummer 14”

Twaalf stoere mannen op avontuur in de vroege ochtend. Een uitwedstrijd in de regenachtige Veenkoloniën stond op het programma. Het derde elftal was een uitgebalanceerde mix van jonge ongetalenteerde honden en een aantal oude heren met een uiterst goed ontwikkeld gevoel voor inzicht, alleen het loopvermogen was al twintig jaar begraven op een plek die niemand meer terug kon vinden.

Johan was zo’n oude heer, een echte ouderwetse linksback. Uitstekende trap, maar de eens zo watervlugge verdediger was niet meer vooruit te branden. Het was op een gegeven zelfs zo dat zijn eigen schaduw hem inhaalde. Maar Johan had altijd veel zelfvertrouwen, dat kwam vooral door zijn onuitputbare bijgeloof. Wat er ook gebeurde, Johan droeg altijd nummer veertien. Klinkt natuurlijk logisch, maar gezien zijn eigen prestaties was het misschien verstandig om toch eens een ander nummertje te proberen. Nummer veertien was immers ook het shirt in de slechts denkbare staat. De sponsornaam was onleesbaar geworden en de vlekken van een buikschuiver in een vorig seizoen waren nog zichtbaar.

Nog tien minuten te gaan, het was spannend. De stand was 1-1 toen de bal plotseling te water raakte na een wanhoopsschot van de gastheren. Naast het veld lag een diepe, brede sloot en de bal lag precies in het midden. Om geen tijd te verliezen aarzelde Johan geen moment en zette drie fikse stappen achteruit. In de vlucht van de wal richting de overkant om de bal op te wachten zal Johan vast enige twijfels gehad hebben of hij droog over zou komen. Deze twijfels bleken ook meer dan terecht. Als Bambi die in de koplampen van een vrachtauto keek, krabbelde Johan weer terug aan wal. Met bal weliswaar.

Het shirt was groen, nat en creëerde walmen die alleen in een riool zijn waar te nemen. Bij de landing heeft Johan ook nog eens een blessure opgelopen: wisselen dus. De enige wissel die beschikbaar was, Frank, stond nou niet bepaald te boek als een wonderkind. Hij kon heel hard lopen, alleen dan zonder bal. Frank stond klaar, maar de shirtjes waren op en hij zag de bui al hangen. Met gebogen rug raapte hij het drijfnatte, meurende tenue op dat Johan net met gepaste trots verbannen had.

Maar het was nummer veertien, en nummer veertien zou zijn magische kant weer laten zien. Frank scoorde een minuut voor het einde van de wedstrijd toen een mislukte voorzet het doel in dwarrelde. En zoals het zich al laat raden, Frank trok bij het vieren van de goal z’n shirt uit.

keeper

  • Show Comments (0)

Je emailadres wordt niet gepubliceerd. Benodigde velden zijn gemarkeerd met *

Reactie *

  • naam *

  • email *

  • website

You May Also Like

Gijs Klompmaker: “Het grote gevaar van een oefenwedstrijd”

Er zijn zeker vijftig teams in onze Kanaalstreek, die vergelijkbaar zijn met Borger zondag 2: ...

Peter Kroezenga: “Damesvoetbal”

Wie in de nachtelijke uurtjes van deze zomerse dagen geplaagd wordt door verveling kan zijn ...

Peter Kroezenga: “Naamsverbastering”

Eén van de mooie dingen aan het amateurvoetbal is de onverwachte creativiteit van je ...