Met zijn treffers had Robert de Vries een aanzienlijk aandeel in het (toch wel) onverwachte kampioenschap van Onstwedder Boys in de vierde klasse. Na een formidabele tweede seizoenshelft, konden op zaterdag 10 mei de flessen ontkurkt worden op sportpark ‘De Boskamp’. Voor De Vries, die nog niet weet of hij in het seizoen 2014 – 2015 ook in de hoofdmacht van de oranjehemden speelt, leverde het kampioenschap een ‘flash-back’ op: “Voor het eerst sinds 1998 werd het eerste elftal van Onstwedder Boys kampioen. Ik kan me nog goed herinneren dat ik samen met een groot deel van de huidige selectie in 1998 achter de vrachtauto met spelers aanfietste door het dorp. Nu stonden we zelf op de kar: geweldig om mee te maken!”
Met de promotie werd ruimschoots voldaan aan de gestelde doelstelling. De ploeg van de ervaren oefenmeester Fokke de Jonge had zichzelf verplicht om te gaan voor een plek in de nacompetitie. De Vries: “Toch hadden we het kampioenschap wel in het achterhoofd, maar halverwege het seizoen leek het er niet meer op dat we een rol van betekenis zouden kunnen spelen. Vlak na de winterstop stonden we zelfs tiende!” Maar een geweldige serie van acht overwinningen leverde dus toch de titel op.
Doelstelling
Dan is het natuurlijk interessant om te ontdekken hoe hoog de lat voor het komende seizoen komt te liggen. Desgevraagd geeft De Vries aan dat men in Onstwedde vrij realistisch te werk gaat: “Als promovendus is rechtstreekse handhaving het eerste doel. We hebben er met Joan Solano een goede speler bij gekregen en ook de terugkeer van een aantal spelers die langdurig geblesseerd waren, maakt ons er niet minder op. Ik vermoed dat we in een competitie zitten waarin de ploegen elkaar niet veel ontlopen. Mocht blijken dat er in de loop van het seizoen meer in zit voor ons, zal het mooi zijn, maar het derdeklasserschap veilig stellen is het hoofdoel!” Of De Vries aanwezig zal zijn bij het najagen van deze ambitie is nog allerminst zeker.
“Doordat ik fulltime werk in het bankwezen én daarnaast een master Bedrijfskunde volg aan de Rijksuniversiteit in Groningen zal het voor mij lastig zijn om regelmatig te trainen. Ik woon nu namelijk in Groningen, dus zal ik ook met de nodige reistijd te maken hebben. Het afgelopen seizoen zijn er in overleg met de trainer én de spelersgroep goede afspraken gemaakt over de situatie, want ook toen kon ik maar één keer per week trainen.” Toch lijkt trainer Fokke de Jonge toch regelmatig een beroep te kunnen doen op de flankspeler: “Waarschijnlijk kan ik tot de winterstop op gezette tijden mijn trainingen meepakken en toch in actie komen voor het eerste elftal. Mocht dit niet lukken, dan ga ik in een lager elftal spelen.”
Ervaring
Het overleg tussen spelers en trainer tekent misschien wel de sfeer die er binnen Onstwedder Boys leeft. Wanneer we De Vries hier naar vragen steekt hij de loftrompet af over zijn trainer: “We hebben met Fokke de Jonge natuurlijk een ervaren trainer die alles al een keer heeft meegemaakt. Dat merk je aan zijn doen en laten en uitstraling, zoals bijvoorbeeld op het moment dat we vorig seizoen halverwege op de tiende plaats stonden. Hij hield de groep bij elkaar en ging met ons om de tafel, waardoor er geen paniek uitbrak.” Toch geeft de 26-jarige Onstwedder Boy in hart en nieren aan dat ook de invloed van De Jonge niet moet worden overdreven: “Het is natuurlijk wel zo dat je het als spelersgroep zelf moet doen!”
En dat de spelers van de oranjehemden daarbij op elkaar kunnen terugvallen heeft volgens De Vries zijn oorsprong in de jeugdopleiding van de dorpsclub die Onstwedder Boys volgens hem is: “Veel jongens uit de huidige selectie speelden in de jeugd al samen en staan inmiddels ook al jaren gezamenlijk in het eerste elftal. We weten dus waar elkaars kwaliteiten liggen en weten ook elkaars mindere punten.”
Show Comments (0)