Voor velen was het twee jaar geleden een enorme verrassing dat ik trainer werd van v.v. Alteveer. Nu, halverwege mijn tweede seizoen zijn er nog steeds mensen die het vreemd vinden dat ik trainer ben bij deze club. En nog vreemder vinden ze het dat ik heb aangegeven er nog een seizoen aan vast te plakken.
Voor mij is het zo logisch als het maar kan. Waarom zou ik vertrekken bij een club waar ik het enorm goed naar m’n zin heb? Ik geef toe dat ik heel even heb getwijfeld. Er was belangstelling van twee clubs waar meer mogelijk is. Clubs met meer, maar vooral betere spelers. Waarschijnlijk hadden negen van de tien trainers de kans gewaagd. Ik dus niet.
In mijn eerste seizoen als trainer handhaafden we ons ternauwernood. Het jaar ervoor onder mijn voorganger Chiel Boeser was Alteveer bijna gepromoveerd. We hadden het echter vreselijk lastig en ik heb me wel eens afgevraagd waar ik aan was begonnen. Het huidige seizoen gaat iets beter. Het lijkt er op dat we ons snel definitief veilig zullen spelen. De stijgende lijn hebben we dus te pakken. Daar haal ik als trainer mijn voldoening uit. Elke zondag is het weer een gevecht en mijn hart gaat vreselijk tekeer langs de lijn. Ik word soms gek van frustratie als de zoveelste bal wordt ingeleverd bij de tegenstander. Maar toch stap ik elke keer weer met een glimlach in de auto richting Alteveer, want mijn jongens doen er altijd alles aan. En dat is voor mij de basis.
Hoewel er veel zaken onmogelijk zijn binnen de club kan ik jullie verzekeren dat alle randvoorwaarden in Alteveer goed voor elkaar zijn. De accommodatie is prachtig, we hebben een gezellige kantine, een grote supportersschare en er wordt van alles georganiseerd buiten de voetbalactiviteiten om.
Alteveer is een echte club. Eén voor allen en allen voor één! Ik voel me uitstekend op mijn plek binnen de club. Het gaat sportief gezien vaak niet van een leien dakje, maar toch voel ik veel steun. En het belangrijkste is dat de spelers achter me staan. Ik weet immers uit ervaring dat wanneer een spelersgroep het niet meer in de trainer ziet zitten, het een verloren zaak is.
Ik kon dan ook niet anders dan nog een seizoen aanblijven. Ik wil het vertrouwen terugbetalen. Als speler koos ik nooit de makkelijkste weg en dat doe ik als trainer ook niet. Alteveer is een kleine club, maar is in vele opzichten heel erg groot. In Alteveer geen luxe trainingskampen en een hoop bravoure. Nee, wij stropen elke zondag onze mouwen op en vechten voor een resultaat. Na een nederlaag is er geen paniek en blijven de mensen binnen de club realistisch. Dat past bij mij en daarom heb ik het geweldig naar mijn zin.
Niemand weet waar mijn trainersloopbaan zal eindigen, maar één ding is zeker: het begon allemaal in Alteveer. En daar ben ik hartstikke trots op!
Show Comments (0)