René Nijgh: “Ik voel veel steun bij Alteveer”

Toen René Nijgh medio 2013 zijn voetbalschoenen aan de wilgen hing, was hij al een paar jaar actief als jeugdtrainer. De begeleider van multi-probleemjongeren begeleidde acht jaar geleden voor het eerst een jeugdteam van, uiteraard, SC Stadskanaal. In die periode trok Nijgh samen op met ploeggenoot Henri Meijerman. Inmiddels zijn we bijna een decennium verder en staat Nijgh als hoofdtrainer op eigen benen. De redactie van FC Kanaalstreek vroeg Nijgh naar zijn visie op het trainersvak én de ervaringen tot nu toe…

Was het voor jou een logische stap om trainer te worden?
Ik denk dat het voor mij een logische stap is om als trainer verder te gaan. Ik ben bijna dertig jaar actief geweest als voetballer en nu zelf spelen niet meer mogelijk is kies ik voor het op één na mooiste wat er is. Zo blijf ik actief bezig met mijn grote passie. Een leven zonder voetbal kan ik me niet voorstellen en het is natuurlijk niet zo dat ik nu ineens van de één op de andere dag zomaar even trainer ben geworden. Ruim acht jaar geleden ben ik begonnen als jeugdtrainer. Samen met Henri Meijerman trainde ik destijds A1 van SC Stadskanaal dat uitkwam in de derde divisie. Daarna heb ik vijf jaar de A1 van vv Valthermond getraind en vorig seizoen trainde ik SC Stadskanaal B1. In deze jaren heb ik veel geleerd als trainer en heb ik twee jaar geleden mijn UEFA-C licentie behaald. Omdat er een vacature ontstond bij v.v. Alteveer heb ik gesolliciteerd, omdat ik graag wil ervaren hoe het is om hoofdtrainer te zijn.

Hoe is je eerste seizoen als hoofdtrainer bevallen?
“Eigenlijk erg goed. Ondanks dat de prestaties nogal wisselvallig zijn heb ik het uitstekend naar mijn zin bij Alteveer. Ik voel me vanaf het eerste moment thuis bij de club en ben door iedereen goed opgevangen. Het is echt een dorpsclub waar iedereen nauw betrokken is bij de vereniging. Vanuit de club heb ik het hele seizoen ook de steun gevoeld die je als trainer nodig hebt. Hoewel we nog steeds niet veilig zijn heeft mijn positie geen moment ter discussie gestaan. Het feit dat ik onlangs mijn contract met een jaar heb verlengd is veelzeggend. Van beide kanten bevalt de samenwerking erg goed. Wel hoop ik natuurlijk dat we komend seizoen wat meer punten gaan halen, zodat ik zo nu en dan ook even rustig in de dug-out kan gaan zitten, haha. Nu is het elke zondag weer enorm stressen op de bank en ben ik na de wedstrijd helemaal kapot. Het trainer zijn is in zo’n geval misschien wel zwaarder dan het voetballer zijn.”

Heb je voor jezelf een einddoel gesteld als trainer?
“Natuurlijk heb ik als trainer ook mijn ambities. Als voetballer wilde ik het hoogst haalbare en dat wil ik als trainer ook. Het is echter lastig in te schatten waar mijn plafond ligt. Ik ben een beginnende trainer die nog heel veel moet leren. Ik ben erg blij dat Alteveer mij die kans geeft. Uiteindelijk wil ik wel een stap hogerop. Ik heb alleen het probleem dat ik een erg drukke baan heb waardoor het volgen van de trainerscursus op dit moment erg lastig is. Ik heb gezien hoeveel tijd mijn broertje Jordi heeft moeten steken in de TCII cursus en die tijd heb ik momenteel niet. Toch zal ik er vroeg of laat aan moeten geloven, als ik tenminste een vervolgstap wil gaan zetten. Zonder UEFA-B licentie mag ik niet hoger trainen dan de vierde klasse. Dan ben ik wellicht de rest van mijn leven trainer van Alteveer, iets wat overigens ook helemaal niet erg zou zijn.”

In het verleden ben je altijd op hoger niveau actief geweest: is het werken bij een vierdeklasser lastiger dan je dacht?
“Na de gesprekken die ik heb gevoerd had ik een uitstekend beeld van de mogelijkheden en onmogelijkheden van de selectie. Ik ben daarom ook niet verrast. Van tevoren wist ik dat het een niveau is waar ik niet bekend mee ben, maar ik ben een beginnende trainer die ook gewoon onder aan de ladder moet beginnen. Ik voel me nergens te groot voor en ben erg blij dat ik deze keuze heb gemaakt. Ik mag bij deze club fouten maken, zoals de jongens die ook maken. Het feit dat ik op een hoog niveau heb gevoetbald is geen garantie voor een glansrijke trainerscarrière. En daar komt ook nog bij dat elk niveau haar charmes heeft. Ook in de vierde klasse staan er gewoon 22 spelers in het veld en zijn er twee doelen en een bal. Ook al is het voetbaltechnisch misschien niet altijd even hoogstaand, de spanning vergoedt dan veel.”

Wat is de kracht van Alteveer? En wat zijn de punten waaraan volgens jou gewerkt moet worden?
“De grote kracht van de huidige selectie is de teamspirit. Het is een grote vriendengroep die naast het voetbal ook van alles samen onderneemt. Tijdens de wedstrijden wordt er voor elke meter geknokt en is de wedstrijdmentaliteit uitstekend. De valkuil is dat het team nogal eens overenthousiast is, wat het voetbal niet ten goede komt. Iedereen is van goede wil, maar door het enthousiasme wordt nog wel eens vergeten om de bal naar een speler met een geel/zwart shirt te schieten. Hierdoor wordt het regelmatig erg onrustig in het veld. We zijn echter druk bezig om dit te verbeteren en ik ben er van overtuigd dat we voetballend ook nog beter kunnen worden.”

Twee wedstrijden voor het einde van het seizoen zijn jullie nog niet veilig:
“We hebben inderdaad te weinig punten behaald. Persoonlijk vind ik dat we al lang en breed in veilige haven hadden moeten zijn. Misschien kijk ik dan wel teveel met een Alteveer-bril op, maar daar hebben meer trainers en leiders last van geloof ik. Zo zie ik elke maandag in de krant de wedstrijdverslagen van Veelerveen. Er zijn nu 24 wedstrijden gespeeld en volgens het commentaar van hun elftalleider zijn ze 22 keer de bovenliggende partij geweest. Feit is echter wel dat ze dreigen te degraderen. Maar ik hou wel van het opportunisme van zulke echte clubmensen. Vorige week zondag verspeelden we in de 98e minuut een 2-3 voorspong tegen Zandpol. Dit mag in mijn ogen nooit gebeuren. Zandpol is veruit de slechtste ploeg die ik ooit live aan het werk heb gezien, dus het is zonde om daar kostbare punten te laten liggen. Als we daar hadden gewonnen hadden we vijf punten voorsprong gehad op SVBC en denk ik dat het gespeeld was. Nu blijft het waarschijnlijk tot de laatste speeldag erg spannend, maar ik weet zeker dat we ons zullen handhaven.”

Zondag spelen jullie tegen Gasselternijveen: een beladen wedstrijd na de eerste wedstrijd dit seizoen?
“Het klopt dat de eerste wedstrijd behoorlijk uit de hand is gelopen. Wat er tijdens de wedstrijd allemaal is gezegd en gedaan zal nooit helemaal duidelijk worden. Door de leiding van Gasselternijveen werd mij kwalijk genomen dat ik mijn aanvoerder, die werd beschuldigd van het maken van een racistische opmerking, niet heb gewisseld. Ik heb echter niets gehoord en mijn  aanvoerder zegt niets schokkends te hebben gezegd. Voor mij was er dus geen enkele reden om in te grijpen. Natuurlijk zou ik bij het horen van racistische opmerkingen direct ingrijpen, want ik distantieer mij volledig van dergelijk gedrag. Aan de vooravond van de thuiswedstrijd tegen Gasselternijveen hoor ik in de wandelgangen natuurlijk wel het één en ander. De wedstrijd schijnt in Gasselternijveen behoorlijk te leven en blijkbaar willen ze de druk nog wat opvoeren. Maar voor mij is het een wedstrijd zoals elke andere wedstrijd. We moeten gewoon zorgen dat we ons veilig spelen, niets meer en niets minder. Ik hoop dan ook op een sportieve wedstrijd waarbij het publiek zal genieten van twee ploegen die strijden voor de drie punten.”

Wat vind je van het niveau van het voetbal in de Kanaalstreek op dit moment?
“Het is een feit dat het niveau van het voetbal in de Kanaalstreek sterk is gedaald. Alleen Nieuw Buinen springt er wat dat betreft nog bovenuit. Het is wel erg lastig om aan te geven hoe het tij gekeerd kan worden. Ik denk dat alles begint bij de jeugd. Wanneer jeugdspelers een jaar of 17, 18 zijn en de stap naar de senioren gezet moet worden, komen er allerlei andere verleidingen om de hoek kijken. Ze willen graag met vrienden op stap of kiezen voor bijbaantjes waardoor trainen en voetballen lastiger gaat worden. Ik heb echt het idee dat de echte liefhebbers aan het uitsterven zijn. Ik was op die leeftijd ook geen heilig boontje, maar als er de volgende dag gevoetbald moest worden lag ik wel op tijd in mijn bed en ging ik niet op stap. Die mentaliteit mis ik wel eens bij de huidige generatie. De wereld is aan het verharden en dat zie je ook aan de hiërarchie binnen een groep. Toen ik 16 was en net bij het eerste elftal kwam van SC Stadskanaal keek ik torenhoog op tegen mannen als Henk Meijer, Gerrie Bijl en John Bieze. Dan was het heel normaal dat ik elke training het materiaal opruimde. Als je nu een jonge speler vraagt of hij even de pionnen wil opruimen krijg je als antwoord dat ie dat de vorige training ook al heeft gedaan. Het hoort nu eenmaal bij de huidige tijd en ik vind het ook helemaal niet erg, maar toch denk ik dat het een wel met het ander te maken heeft. Stiekem droom ik toch nog van een aantal derby’s in bijvoorbeeld de tweede klasse tussen clubs als Musselkanaal, Stadskanaal en Nieuw Buinen. Dat zou toch fantastisch zijn?”

‘Jouw’ cluppie Stadskanaal stelt hevig teleur:
“Het is moeilijk aan te geven hoe zoiets kan gebeuren. Wel doet het me pijn om te zien dat Stadskanaal het zo moeilijk heeft en dreigt te degraderen. Vorig jaar hebben we op een haar na promotie naar de tweede klasse gemist en nu dreigt een val naar de vierde klasse. Het is natuurlijk zo dat er een aantal belangrijke spelers zijn vertrokken, maar ik vind dat absoluut geen excuus. Stadskanaal heeft nog voldoende kwaliteit om een rol van betekenis te kunnen spelen in de derde klasse. Ik sta er op dit moment te ver af om een verklaring te geven voor het dramatische seizoen. Wel is het wat mij betreft een gegeven dat wanneer het op mentaliteit aankomt, Stadskanaal vaak niet thuis geeft. In een seizoen als deze, waarbij het allemaal even tegenzit, komt er meer bij kijken dan alleen verzorgd positiespel. Dan moet er strijd geleverd worden en moeten de mouwen omhoog. Ik denk dat dat toch een beetje de achilleshiel is van Stadskanaal. Ik hoop dan ook op een wonder, want een club met zo’n grote jeugdafdeling hoort minimaal in de derde klasse thuis. Er staat een hele lichting goede jeugdspelers klaar om de stap naar het eerste elftal te maken en het zou eeuwig zonde zijn als dat dan in de vierde klasse zou zijn. Wat mij betreft komt er dus komend seizoen geen derby Stadskanaal-Alteveer!”